Langs drie wegen: Leesboekjes

In de schenking van uitgeverij Malmberg aan de Koninklijke Bibliotheek komen we verschillende series leesboekjes voor het lager onderwijs tegen. Op het eerste gezicht zijn dat niet de meest spannende boekjes uit de collectie. Nu we alle drukken bij elkaar hebben, vallen echter een aantal subtiele details op die ons veel vertellen over de praktijk van het drukken en uitgeven. Het stelt ons ook voor de vraag hoe we al die verschillende edities uit elkaar moeten houden.

De serie Langs drie wegen: een serie leesboekjes voor katholieke scholen is opgebouwd uit drie reeksen. Blije jeugd bestaat uit twaalf delen met een doorlopend verhaal, onder de titel De kleurige hof verschenen zes boekjes met ‘vertelsels’ die eerder op andere plaatsen waren verschenen en De wondere wereld bestaat uit zes delen met sprookjes en legenden. De serie is in de eerste plaats een methode voor leesonderwijs, maar zoals de uitgever in de verantwoording aangeeft, is er bewust een gezonde katholieke moraal aan de verhalen meegegeven. Het gezinsleven staat centraal, daarbij worden voor ieder leerjaar twee of meer liturgische feestdagen behandeld en is er ruimte voor heiligen en missieverhalen.

Uitgeverij De Spaarnestad begon met de serie in 1934. Precies het jaar waarin minister Marchant zijn beruchte spellingshervorming door probeerde te voeren. In een eerdere blog heb ik aangegeven dat er voor de oorlog in de praktijk niet veel van terecht kwam van de nieuwe spelling, behalve in het onderwijs. Het is dan ook niet toevallig dat een uitgeverij als De Spaarnestad bij aanvang van het nieuwe schooljaar een geheel nieuwe serie leesboekjes paraat had. Zij wisten dat de nieuwe spelling eraan zou komen en hoorden de kassa rinkelen. Een exemplaar uit de collectie die nu bij de Koninklijke Bibliotheek is binnengekomen had rechtsboven een stempeltje met de tekst ‘nieuwe spelling’ op de omslag.

Omslag van het 2e deeltje uit de reeks 'De kleurige hof'.

Omslag van het 2e deeltje uit de reeks ‘De kleurige hof’. Haarlem : N.V. Drukkerij De Spaarnestad, 1934.Voor een uitgever zijn schoolboekjes lucratief omdat ze intensief gebruikt worden en elk jaar opnieuw nodig zijn. Een succesvolle methode kan nog jarenlang herdrukt en verkocht worden. Kleine veranderingen in de tekst of de methode verplichten leerlingen welhaast om de nieuwste uitgave aan te schaffen. Van de serie Langs drie wegen werden tot in de jaren vijftig herdrukken op de markt gebracht. Dat weten we omdat ze door de jaren heen soms genoemd worden in Brinkman’s catalogus van boeken en het Nieuwsblad voor de boekhandel.

Krijg je één los deeltje voor je neus, dan is het niet eenvoudig om te bepalen of je met de oorspronkelijke uitgave of een herdruk te maken hebt. Alleen bij de tweede drukken is de drukvermelding expliciet in het boek opgenomen, bij latere uitgaven ontbreekt de vermelding dat her hier om een al-dan-niet gewijzigde herdruk gaat. Het gevolg is dat de meeste exemplaren altijd als een 1e druk uit 1934 worden beschreven, hoewel dat in de praktijk zelden zo is.

Neefje uit Amsterdam
Drie drukken van het deeltje ‘t neefje uit Amsterdam uit de serie Blije jeugd.

Nu in de schenking van Malmberg (die veel titels uit het fonds van Spaarnestad in de jaren zestig heeft overgenomen) verschillende drukken naast elkaar binnenkomen, is in één oogopslag duidelijk dat het om verschillende uitgaven gaat. De hierboven getoonde drukken van het vierde deeltje uit de serie Blije jeugd zijn bibliografisch nauwelijks van elkaar te onderscheiden, terwijl er visueel overduidelijke verschillen zijn. De oorspronkelijke uitgave (links) uit 1934 heeft een omslag die is ontworpen en gesigneerd door Frans Funke. Bij de tweede druk (midden) en de naoorlogse herdruk (rechts) ontbreekt de signering. Je hoeft bovendien niet heel goed te kijken om te zien dat op alle drie de omslagen weliswaar dezelfde voorstelling zichtbaar is, maar dat de illustratie op verschillende punten is bijgewerkt.

Licht en donker

Drie drukken van het deeltje Licht en donker uit de serie Blije jeugd.Bij andere deeltjes is hetzelfde aan de hand. Het zevende deeltje uit de serie, verschenen onder de titel Licht en donker, verbeeldt een jongetje dat op een hond zit, met daarnaast een meisje en op de achtergrond een vrouw in de deuropening. Van links naar rechts zien we dat de hond door de jaren heen een flinke transformatie onderging, dat er vloerbedekking in de huiskamer is gelegd, de deurposten geschilderd, en het schilderijtje vervangen. In de deuropening is bovendien geen vrouw maar een meisje zichtbaar. Ook in dit geval zijn er voor de verschillende drukken nieuwe clichés gemaakt waarbij de naam van de oorspronkelijke illustrator is weggelaten.

In het binnenwerk is eveneens het nodige aangepast. Wie snel kijkt ziet geen verschil tussen onderstaande illustraties uit twee verschillende drukken van het deeltje Van vier kleine kleuters. Het dansje van de kinderen is echter duidelijk anders in de latere uitgave en de huizen op de achtergrond zijn eveneens bijgewerkt. Net als bij de andere delen is bij de eerste druk de naam van de illustrator Edmond van Offel linksonder zichtbaar, terwijl deze bij de aangepaste illustratie ontbreekt. Het is speculeren waarom de uitgever zo veel nieuwe cliché’s heeft laten maken op basis van de oorspronkelijke voorstellingen. Waren de oorspronkelijke clichés verloren gegaan, was de oorspronkelijke illustrator uit de gratie geraakt, of was de uitgever simpelweg niet meer tevreden met de kwaliteit van illustraties?

Illustratie op pagina 35 uit 'Van vier kleine kleuters'

Illustratie op pagina 35 in twee verschillende drukken van ‘Van vier kleine kleuters’, deel 1 uit de serie Blije jeugd.Als we nog beter naar de verschillende drukken van de leesboekjes kijken, dan zien we eigenlijk in ieder deeltje meer kleine verschillen, waaronder ook aanpassingen in de tekst. Bij een aantal deeltjes is dat overduidelijk, omdat de paginering afwijkt, maar ook in de delen die bibliografisch voor een ‘ongewijzigde herdruk’ doorgaan, zien we in de praktijk op iedere pagina afwijkingen. Daarbij veranderde door de tijd het logo van de uitgever en is de naam die onder het imprimatur, de kerkelijke goedkeuring, genoemd wordt, een andere.

Voor klassikaal leesonderwijs zijn al die verschillende drukken natuurlijk een ramp. Leest de meester precies een passage voor die in jouw exemplaar geschrapt blijkt te zijn. Maar ook bibliografisch blijft het behelpen. Deze serie is over een periode van twee decennia uitgeven in meerdere herdrukken, maar wie niet analytisch naar de delen kijkt zal geneigd zijn om veel op een hoop te vegen. Dat is ook precies wat in databases met automatisch gegenereerde data gebeurt: verspreid over het internet zwerven verschillende digitale kopieën van deze leesboekjes die nog ruim binnen het copyright vallen, maar als niemand doorheeft om welke druk het gaat is dat kennelijk geen enkel probleem.

Literatuur

Langs drie wegen: een serie leesboekjes voor katholieke scholen / door Jan en Jos van de Burgt ; geïllustreerd door Edmond van Offel en Cristine Damen. – Haarlem : N.V. Drukkerij De Spaarnestad, 1934-1955. – 24 delen.

Blije jeugd (6 delen)

De kleurige hof (6 delen)

De wondere wereld (6 delen)